Deegrolrijden

Vriend van me eert zijn vriendin op een heel bijzondere wijze. Tuurlijk heeft hij een pasfotootje van haar in de portefeuille (ze drong er overigens onlangs op aan deze maar eens te vervangen door een ‘veel spontanere’ selfie).

Maar heel bijzonder vind ik altijd die opgestikte elleboogstukken op zijn colbert, gemaakt uit het rugpand van een door haar afgedankt Chanel-pakje.

En tussen zijn badges en speldjes van Norton, sterritten en Elefantentreffens prijkt op zijn teddyboy-jack een label van Yves Saint-Laurent. Juist. Van de vriendin. Een teken van verbondenheid dat – mocht de boel toch nog een keer misgaan – iets makkelijker te verwijderen is dan een tattoo.

Terwijl ik deze regels tik op weg naar een stukje over samengestelde bikes als Tritons en ES2 Superiors, hoor ik op het nieuws eigenaren van oude diesels uit Arnhem heftig protesteren tegen maatregelen om hen de toegang tot de stad te ontzeggen. Boos geworden dieseldrivers maken voor de radiomicrofoon een berekeningetje waaruit zou moeten blijken dat de vlucht van een vliegtuig meer vervuilt dan de hele karavaan aan verouderde, hoestende en proestende diesels die in Arnhem rondhobbelt.

Natuurlijk wordt de soep niet zo heet gegeten. Niet onmiddellijk.

Maar het zijn dit soort speldenpikken van een wethouder hier en een gedeputeerde daar die ertoe leiden dat we ook op de historische tweewieler over een jaar of wat met een katalysator rondrijden. Onontkoombaar. En ik kan er haast niet op wachten: het is een ontwikkeling die ik heel graag zie. En naar ik aanneem meer deegrolrijders met mij. De deegroluitlaat die aan mijn ES2 (zoals aan alle typegenoten van 1947-1953) hangt, is gemáákt om een katalysator te herbergen.

En eerlijk gezegd hoop ik op nog veel meer strenge maatregelen om de uitstoot van fijnstof en CO2 van onze rijdende oliedruiprekken aan banden te leggen. Kom maar op, ik ben er klaar voor. Sinds ik heb leren rekenen met de economie van plussen en minnen weet ik mezelf aan de goede kant van de streep en krijgt niemand me nog kapot.

 *  *  *  *  *

Economie van plussen en minnen? Heel simpel. Hier doe je wat, daar laat je wat. Ik plant een jong inlands eikje en ik mag een jaar lang veertien kilo CO2 wegblazen of 300cc minerale olie tussen de stoeptegels laten weglekken. Het een gumt het ander weer uit. Als je maar op nul uitkomt. Nou ik kom dik, heel dik in de mín uit. Een milieupaspoort om te zoenen.

Om te beginnen ben ik een late opstapper. Een flink deel van mijn leven reed ik op schoonbrandende Duitsers – heb overigens nooit een VW ook maar aangeraakt – waarmee ik bovendien niet meer dan een soepopscheplepel aan olie verloor.

Vliegen? Ik heb het in mijn leven twee keer gedaan. We zijn een keer met de Boeing Europa niet eens uit geweest en eenmaal op en neer naar New York. Nou ja mag het?

Auto? Komt er bij mij niet in. Alles op de motor. Een levenshouding die per afgelegde afstand al drie keer zo weinig uitstoot oplevert.

En verder gum ik elke Nortonrit die aardig wat CO2-punten oplevert, weer weg door me te verplichten de afgelegde ES2-kilometers met een factor 3,7 op de inmiddels al zwaar gekatalyseerde Duitser af te leggen. Heb ik eenmaal de katalysator op de Norton – in de deegrol – aangebracht, dan hoef ik nog maar 1,1 keer zoveel Duits te rijden.

* * * * *

Ik heb het wel eens eerder opgemerkt in een stuk over de jacht op vervangende onderdelen dat we met onze Nortonhobby vele extra Duitse motorkilometers moeten draaien. En dat is voor de balans alleen maar mooi. Want precies, je mag daardoor weer meer Nortonkilometers maken.

Aan het eind van het jaar sta ik dus dik in de min en kan ik mijn min-kilometers verkopen aan bijvoorbeeld een veel vliegend Nortonclublid, een flink bomen kappende coureur of een Engelse rijder met verzadigde milieumat die te ver in de plus is gaan zitten.

Van dat verpatste milieu-quotumgeld kun je leuke dingen doen: een reserveblok voor de ES2, een paar extra deegrollen voor de handel of – ter voorkoming van relationele vervuiling – iets leuks van Chanel voor de vrouw.

Engelbert Spechtenborst jr.
Gebaseerd op column die eerder verscheen in Unapproachable van Norton Club Nederland

Dit bericht is geplaatst in blog met de tags , . Bookmark de permalink.

Geef een reactie